Na een relatief korte nacht werd ik vanochtend gewekt door een kukelende haan. Op het ‘balkonnetje’ ben ik gelijk gaan kijken hoe het uitzicht is. Aan de ene kant gaat een berg stijl omhoog, aan de andere kant is de zee.
Ik ben als eerste op het terras waar we gisternacht de dag afsloten, om met een kopje kamillethee van het uitzicht te genieten.
Nadat we ontbeten hebben lopen we naar het strand. Het is zo’n 200 meter lopen over een kronkelig paadje door een stukje bos. Het strand is een baaitje tussen de rotsen, er zijn stukken zand en stukken grind, het is ongeveer 800 meter breed. Op het strand zijn drie dakjes van bamboe gemaakt waaronder je kunt liggen. Er zijn niet meer dan 30 mensen. We gaan eerst in de zee zwemmen. Door de stenen is het lastig om in het water te komen. Daarna gaan we onder een dakje liggen en val ik in slaap.
Later eten we wat bij een strandtentje en ga ik met N. een bergwandeling maken. Tussen 8 en 9 is het avondeten.
Kabak is een kleine nederzetting. MeneerTuran heeft hier in 1987 als eerste zijn tent neergezet. Het verblijf waar we nu zijn, Turan Hill Lounge, is het oudste van deze nederzetting. Ik schat dat er nog 4 of 5 andere gelegheden hier in de buurt zijn waar je kunt overnachten. Het zijn allemaal zelf gemaakte hutjes of plaatsen waar je een tent neer kunt zetten. Er is hier vooral rust. ‘s-Ochtends word je wakker van het geluid van de dieren. De mensen zijn hier aardig maar anders dan we elders in Turkije gewend zijn. Ze zijn wat relaxter / softer en het lijkt erop dat ze het werk in het ‘hotel’ onder mekaar verdeeld hebben. Er zijn ook een aantal ‘volunteers’.
Op de tweede dag doe ik om half negen mee met een behoorlijk pittige yoga-sessie. ‘s-Middags maken we een wandeltocht van zo’n drie uur naar een waterval boven in de bergen. Heen lopen we een stuk van het Lycische Pad (het Lycische Pad is een wandelpad van bijna 500 kilometer van Oludeniz naar Antalya), terug gaan we klauterend door en langs het riviertje; heel mooi maar wel gevaarlijk.
Op de laatste dag maken we een wandeling naar een grot waar de zee vrij spel heeft.